Wat betekent het als Jezus zegt: mijn juk is zacht en mijn last is licht (Matteüs 11:30)?
Antwoord
Het gezegde mijn juk is zacht en mijn last is licht maakt deel uit van een grotere passage (Matteüs 11:28-30), waarin Jezus aan iedereen die vermoeid en belast is, vertelt om tot Hem te komen voor rust. Hij heeft het hier niet over fysieke lasten. Het was veeleer de zware last van het systeem van werken dat de Farizeeën op de ruggen van de mensen legden die Jezus aanbood om te verlichten. Later in het evangelie van Mattheüs zal Jezus de Farizeeën berispen voor het leggen van zware lasten op de schouders van de mensen (Matteüs 23:4).
Het juk van de Farizeeën is het zware juk van eigengerechtigheid en wettische wetshandhaving. Er is door bijbelgeleerden gezegd dat de Farizeeën meer dan 600 voorschriften hadden toegevoegd met betrekking tot wat in aanmerking kwam als werken op de sabbat. Dat is een zware last! Denk aan het verhaal van de wetgeleerde die Jezus vroeg wat het grootste gebod van de Wet was (Matteüs 22:36). Je kunt de vraag van de man bijna tussen de regels door lezen: aan welke wet, van alle wetten die we hebben, moet ik me absoluut houden?
Jezus zei dat elke vorm van wetshandhaving een last is en neerkomt op een zwaar juk van onderdrukking, omdat geen enkele mate van wetshandhaving de kloof tussen onze zondigheid en Gods heiligheid kan overbruggen. God zegt door de mond van de profeet Jesaja dat al onze rechtvaardige daden zijn als een vervuild kledingstuk, en Paulus herhaalde aan de Romeinen dat niemand in zijn ogen rechtvaardig verklaard zal worden door het naleven van de wet (Romeinen 3:20). Het goede nieuws is dat Jezus aan iedereen die tot Hem komt, belooft dat Hij hen rust zal geven van de zware last om onze weg naar de hemel te verdienen en te rusten van het onderdrukkende juk van eigengerechtigheid en wetticisme. Jezus moedigt degenen die zwaar beladen zijn aan om Zijn juk op zich te nemen, en door dat te doen zullen ze rust voor hun ziel vinden. Het juk van Jezus is licht en gemakkelijk te dragen, omdat het het juk van berouw en geloof is, gevolgd door een bijzondere toewijding om Hem te volgen. Zoals de apostel Johannes zegt: Want dit is de liefde van God, dat wij zijn geboden onderhouden. En zijn geboden zijn niet zwaar (1 Johannes 5:3).
Dit zegt Jezus in Mattheüs 11:30. Zijn juk is zacht en Zijn last licht. Nu zouden we kunnen denken dat er werkelijk geen verschil is tussen de geboden van Jezus en de Joodse wet. Is niet dezelfde God verantwoordelijk voor beide? Technisch gezien wel. Men zou zelfs kunnen beweren dat de geboden van Jezus zelfs nog zwaarder zijn omdat Zijn herformulering van de Mozaïsche wet in de Bergrede (Mattheüs 5-7) in feite verder gaat dan louter uiterlijke conformiteit met de Wet en in plaats daarvan handelt over de innerlijke mens.
Wat Jezus' juk gemakkelijk maakt en Zijn last licht maakt, is dat in Jezus' eigen actieve gehoorzaamheid (d.w.z. Zijn volmaakte vervulling van de Wet van God), Hij de last droeg die wij moesten dragen. Zijn volmaakte gehoorzaamheid wordt op ons toegepast (toegerekend) door geloof, net zoals Zijn gerechtigheid werd ingewisseld voor onze zonde aan het kruis (2 Korintiërs 5:21). Onze gehoorzaamheid aan Jezus wordt dan onze geestelijke aanbidding (Romeinen 12:1). Bovendien zijn we bewoond door de Heilige Geest die in ons leven werkt om ons te vormen naar het beeld van Christus, waardoor het juk van Jezus zacht wordt en Zijn last licht. Het leven dat door geloof wordt geleefd, is een veel lichter juk en een veel gemakkelijkere last om te dragen dan het zware en belastende juk van eigengerechtigheid waaronder sommigen er voortdurend naar streven om zichzelf door werken aanvaardbaar te maken voor God.